Terugverdientijd thuisbatterij zeer onzeker?

20-03-2025 13:57:25 - By Jaap

Terugverdientijd thuisbatterij zeer onzeker?

Je hoort en leest er steeds vaker over: thuisbatterijen. Aanbieders beloven hoge rendementen en korte terugverdientijden van tussen de drie en zeven jaar. Tegelijkertijd waarschuwen steeds meer organisaties voor deze beloften. Kunnen ze wel worden waargemaakt? In dit artikel bespreken we de belangrijkste variabelen die van invloed zijn op de terugverdientijd van thuisbatterijen. Hierbij maken we onderscheid tussen zelfconsumptiebatterijen en handelsbatterijen.
Samenvatting
De terugverdientijd van een thuisbatterij hangt onder andere af van de manier waarop deze wordt gebruikt. Grofweg kan dat op twee manieren, namelijk als zelfconsumptiebatterij en als handelsbatterij. Met een zelfconsumptiebatterij verkrijgt een huishouden de stroom die het zelf nodig heeft zo goedkoop mogelijk. Dit kan door (in de ochtend en middag) eigen zonnestroom op te slaan en deze later (in de avond en nacht) zelf te verbruiken en/of door de batterij op te laden op momenten met lage dynamische stroomprijzen. In principe leveren deze batterijen niet terug aan het net, behalve op dagen met een overschot aan zonnestroom. Met een zelfconsumptiebatterij besparen de bezitters van zonnepanelen niet alleen op hun elektriciteitskosten, ze hebben ook een grotere mate van zelfvoorziening en ze hoeven minder terugleverkosten te betalen.

Mensen met een handelsbatterij hebben als doel geld te verdienen door op de juiste momenten elektriciteit af te nemen van het net en weer terug te leveren. Deze batterijen laden doorgaans bij lage dynamische elektriciteitsprijzen en ontladen bij hoge prijzen. Daarnaast is het mogelijk om ze te laten aansturen door een externe partij die de batterij gebruikt om bij te dragen aan de balans van het elektriciteitssysteem. De eigenaar van de thuisbatterij krijgt hiervoor een vergoeding.
Zelfconsumptiebatterij versus handelsbatterij
Belangrijkste variabelen die de terugverdientijd van een thuisbatterij beïnvloeden
  • De volgende variabelen zijn van grote invloed op de terugverdientijd van een thuisbatterij en worden verder toegelicht:
  • Investeringskosten
  • Verdienpotentieel elektriciteitsmarkten
  • Aan- of afwezigheid van zonnepanelen
  • Toekomst salderingsregeling
  • Verhouding opwek en verbruik
  • Type elektriciteitscontract
  • Netbeheerkosten
De prijs van grootschalige batterijen (zonder omvormer en installatie) is de afgelopen jaren flink gedaald (zie figuur 1). Het is daarom niet verwonderlijk dat ook de prijzen van thuisbatterijen in het afgelopen jaar zijn gedaald. Dat is gunstig voor de terugverdientijd van de investering. Momenteel kost een thuisbatterij tussen de 4.000 en 10.000 euro exclusief btw en installatie, afhankelijk van de grootte, het merk et cetera. Bloomberg New Energy Finance gaat ervan uit dat de batterijprijzen in de komende jaren verder dalen. Dit zou uiteraard een positief effect hebben op de terugverdientijd van thuisbatterijen. Maar de Europese Unie legt mogelijk importtarieven op aan Chinese batterijfabrikanten om Europa de kans te geven een eigen batterij-industrie te ontwikkelen. Vrijwel alle batterijen worden momenteel in China geproduceerd. Als een dergelijke maatregel wordt ingevoerd, kan de prijs van (thuis)batterijen juist stijgen.
Investeringskosten
Verdienpotentieel elektriciteitsmarkten
Er zijn verschillende markten waarop elektriciteit wordt verhandeld en prijzen tot stand komen. Uitgebreide uitleg over deze markten kun je hier vinden. Tot op heden worden thuisbatterijen ingezet op twee van deze markten, namelijk de day-aheadmarkt en de onbalansmarkt. Het is zeer onzeker hoe het verdienpotentieel van deze twee markten (en eigenlijk alle elektriciteitsmarkten) zich de komende jaren gaat ontwikkelen. Daarnaast is het niet uitgesloten dat er extra regelgeving komt die de mogelijkheden van elektriciteitshandel door thuisbatterijen beperkt. Daarmee wordt ook de terugverdientijd van een thuisbatterij erg onzeker, met name die van handelsbatterijen.
Huishoudens die beschikken over een dynamisch elektriciteitscontract hebben per uur wisselende elektriciteitsprijzen die zijn gekoppeld aan de zogenaamde day-aheadmarkt. Zij kunnen hun thuisbatterij opladen op momenten waarop de elektriciteitsprijs relatief laag is en deze stroom vervolgens later zelf verbruiken (zelfconsumptiebatterij) of terugleveren aan het elektriciteitsnet wanneer de prijzen hoger zijn (handelsbatterij). Hoe groter het verschil tussen goedkope en dure uren, hoe groter het verdienpotentieel. Figuur 2 toont een voorbeeld van de ontwikkeling van de day-aheadprijzen gedurende een dag. Vaak – maar niet altijd – zijn de prijzen relatief hoog tussen 6 en 9 uur ’s ochtends en tussen 17 en 21 uur ‘s avonds. Op zonnige dagen zijn de prijzen rond het middaguur juist (zeer) laag.
Day-aheadmarkt
Onbalansmarkt
Op elk moment van de dag moet de totale vraag naar elektriciteit gelijk zijn aan het totale aanbod. Om dit voor elkaar te krijgen, zijn verschillende (ingewikkelde) processen ingericht. Eén daarvan is een proces waarbij netbeheerder TenneT signalen doorgeeft aan de markt die iets zeggen over het tekort of overschot aan elektriciteit een aantal minuten eerder. Sinds 2024 laten sommige batterij-eigenaren hun batterijen aansturen door een externe partij. Deze partij – meestal een energieleverancier, maar het kan ook een derde partij zijn – kan op basis van de signalen van TenneT besluiten de thuisbatterijen te laden of ontladen. Als dat helpt om een tekort of overschot aan elektriciteit weg te werken, ontvangt deze partij geld. Dit heet ook wel ‘onbalanshandel’. De batterij-eigenaar krijgt een vergoeding voor het beschikbaar stellen van de batterij.

Het afgelopen jaar was de onbalanshandel lucratief. Het is echter de vraag of dit zo blijft. Ten eerste neemt het risico van reageren op TenneT’s signalen toe. Dit zit zo: partijen krijgen pas geld als achteraf blijkt dat ze een tekort of overschot aan elektriciteit hebben omgezet in een evenwicht. Onder andere door de toename van het aantal batterijen in Nederland, komt het echter steeds vaker voor dat er zo veel wordt gereageerd op de signalen van TenneT, dat een tekort aan elektriciteit binnen een kwartier overslaat in een overschot of andersom. Dan is het systeem nog steeds in onbalans. In dat geval ontvangt een partij geen geld voor de inzet van de thuisbatterij, maar moet deze mogelijk zelfs geld betalen. Overigens zal de eigenaar van de thuisbatterij geen geld hoeven te betalen als achteraf blijkt dat de inzet van de batterij op de onbalansmarkt geld heeft gekost. Maar het resulteert waarschijnlijk wel in een lagere vergoeding vanuit de partij die de thuisbatterij aanstuurt.

Ten tweede heeft netbeheerder TenneT eind 2024 maatregelen genomen om onbalanshandel minder makkelijk te maken, omdat het erg ongewenst is dat tekorten steeds vaker omslaan in een overschot en andersom. Dit is namelijk gevaarlijk voor de stabiliteit van het elektriciteitssysteem en het levert extra kosten op.

Ten slotte zijn de zogenaamde balanceringsmarkten – waar de onbalansmarkt onder valt – relatief klein. Daardoor leidt de komst van meer ‘flex’ in het systeem makkelijk tot verzadiging van deze markten. Als dit gebeurt, dalen de vergoedingen voor partijen die bijdragen aan systeembalans. Hoe meer batterijen (en andere vormen van ‘flex’) actief worden op deze markt, hoe minder geld er dus te verdienen valt.
Consumenten betalen energiebelasting en btw over de elektriciteit die ze afnemen van het net. In 2025 bedraagt die energiebelasting ruim 10 cent per kWh. Daarbovenop komt nog de btw. Over het verbruik van eigen opgewekte zonnestroom betalen ze géén energiebelasting en btw. Zolang de salderingsregeling er is, geldt dit ook voor gesaldeerde elektriciteit. Dit stopt echter zodra de salderingsregeling is afgeschaft.
Daardoor wordt het onaantrekkelijker om je batterij te laden met elektriciteit uit het net en die elektriciteit later weer te leveren aan het net. De handel op zowel de day-aheadmarkt als op de onbalansmarkt wordt dus minder winstgevend.

Stel: je hebt een thuisbatterij en een dynamisch contract en je laadt je batterij op wanneer de elektriciteitsprijs op de day-aheadmarkt 0 euro per kWh is. Als huishouden betaal je daar in 2025 ruim 10 cent energiebelasting en ruim 2 cent btw over, nog exclusief een marge per kWh die de energieleverancier hanteert. Door de salderingsregeling krijg je die 12 cent echter weer terug op het moment dat de batterij ontlaadt en de stroom wordt geleverd aan het net. Vanaf 2027 ontvang je enkel nog de prijs van de day-aheadmarkt en niet meer de energiebelasting en btw. De prijs op de day-aheadmarkt moet op het moment van ontladen dus minstens 12 cent hoger liggen dan op het moment van laden om winst te kunnen maken. De consument die ‘jouw’ elektriciteit uiteindelijk afneemt en daadwerkelijk consumeert, betaalt ook energiebelasting en btw. Zo wordt vanaf 2027 over dezelfde kWh twee keer energiebelasting en btw betaald. Men spreekt daarom ook wel van ‘dubbele energiebelasting’. Het kabinet wil hiervoor een oplossing zoeken, maar die lijkt voorlopig niet voorhanden. Als dit probleem voor afschaffing van de salderingsregeling niet is opgelost, heeft dit een negatief effect op de terugverdientijd van handelsbatterijen. Overigens is het wel de bedoeling dat de energiebelasting op elektriciteit de komende jaren daalt (en die op aardgas stijgt). Het is echter onduidelijk wat de exacte plannen van de overheid zijn op dit gebied.
Dubbele energiebelasting en btw op elektriciteitshandel

Jaap